, [], Exodus 14:14: Peace! The Lord Fights for you; Jeremiah 23:5-6: The Lord our Righteousness; 2 Timothy 2:3: Jesus Christ's soldier suffers
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], In [12]Zijn dagen zal [13]Juda verlost worden, en Israel [14]zeker wonen; en dit zal Zijn naam zijn, waarmede [15]men Hem zal noemen: [16]De HEERE: ONZE GERECHTIGHEID. 12. Des Heeren Christus; dat is, in den tijd van het Nieuwe Testament. Zie Hand.3:24. 13. Versta door Juda en Israel Gods kerk, ook Jeruzalem genoemd, onder hfdst.33 vs.16, en Jezus Christus' volk; Matth.1:21. 14. Gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, en dienvolgens vrede hebbende met God door onzen Heere Jezus Christus, enz., Rom.5:1. 15. Hebreeuws, Hij zal, enz.; dat is, men zal Hem noemen, of Hij zal genoemd worden, [gelijk elders dikwijls] te weten van zijn volk, gelijk het volgende woord, onze, verklaart. 16. ONZE GERECHTIGHEID. Vergelijk Deut.6:25; Richt.6:24, en wijders 1 Kor.1:30; Dan.9:24; idem onder hfdst.33 vs.16. Hebreeuws, Jehova Tzidkenu; hetwelk van sommige overzetters als een eigen naam alzo in den tekst gesteld wordt.